Verslag dialoogbijeenkomst

6 december 2018

Oirschot, landgoed Baest

Op donderdag 6 december 2018 heeft de eerste dialoogbijeenkomst “Zorg voor Doy – gebruik de boerderij” plaatsgevonden op Landgoed Baest in Oirschot. Circa 35 personen hadden zich aangemeld. De achtergronden van de deelnemers waren zeer gevarieerd. Er waren lokale erfgoedorganisaties en heemkundekringen aanwezig, maar ook een mantelzorgmakelaar, ondernemers, gemeenteraadsleden, initiatiefnemers en andere geïnteresseerden. Ook de projectpartners ZET, Zorgbelang Brabant, VabImpuls, Brabant Advies en Vereniging Kleine Kernen waren vertegenwoordigd. Maar ook de hoofdrolspelers uit de film, Doy, Toon en Janne en hun architect waren erbij. 

Harrie Maas en Annélien van Kuilenburg van Stichting Behoud Monumenten Brabant leidden de bijeenkomst. Na het tonen van de filmtrailer werd er begonnen met een casusopstelling; een activerende werkvorm waarin Doy letterlijk centraal staat. Aan de groep werd gevraagd welke personen en partijen Doy nodig heeft. De deelnemers stelden zich als representanten van de personen en partijen rondom Doy op. Familieleden en mantelzorgers staan dicht om hem heen, iets verder weg staan de architect, de aannemer, de gemeente en de monumentencommissie. Nog iets verder weg de lokale erfgoedstichting. Ook de bank, notaris en verzekeringsmaatschappij hebben een plek. De opstelling maakt in één oogopslag inzichtelijk welke personen en partijen de afgelopen twee jaar om Doy hebben gestaan en op welke afstand zij van hem stonden.

Vervolgens werden aan de hand van vijf filmfragmenten volgende thema’s besproken;  herbestemming  en doorontwikkeling van historische boerderijen, nieuwe woonvormen, mantelzorg, verbinding van generaties en leefbaarheid op het platteland. In de discussies die volgen blijkt dat deze verschillende thema’s nauw met elkaar verbonden zijn. Na de pauze met soep en broodjes vindt er meer een kruisbestuiving plaats en komen er leuke ideeën naar voren. Een idee dat spontaan ontstaat is de ontwikkeling van een site zoals tinder voor vrijkomende boerderijen die gelinkt kunnen worden aan mensen die mantelzorg willen. In de bijlage is een verslag van de dialoog opgenomen. 

 Tot slot werd aan de deelnemers gevraagd wat ze uit de bijeenkomst hebben gehaald en wat ze willen meegeven. Enkele opmerkingen en conclusies zijn: 
  • Schakel de mantelzorgmakelaar in wanneer je op zoek bent naar een mantelzorger;
  • Verbind mensen die hun boerderij willen verkopen en mensen die een boerderij zoeken met elkaar; 
  • Een monument is meer dan de mooie gebinten, maar biedt ook kansen voor herontwikkeling. Juist een nieuwe en duurzame functie geeft een historische boerderij een toekomst.
  • Gebiedsgericht werken en ontwikkelen is belangrijk, de Omgevingsvisie biedt kansen om plannen integraal te benaderen; 
  • Mantelzorgen in combinatie met nieuwe woonvormen en hergebruik van historische boerderijen is een win-win situatie; 
  • Probeer als ruimtelijk domein in beeld te brengen wat je hebt, aan bedrijven. En een gesprek aan te gaan met de betrokken mensen. 
  • Betrokkenen (Doy, Toon, Janne) hebben het mogelijk gemaakt het onderwerp bespreekbaar te maken. Doorontwikkeling van agrarische objecten en nieuwe vormen van zorg worden gecombineerd in een project.

Geconcludeerd kan worden dat er sprake was van een succesvolle eerste bijeenkomst. Er kwam een levendige discussie op gang. De aanwezigheid van Doy, Toon en Janne was daarbij zeer waardevol. 

In 2019 volgen nog vier bijeenkomsten die op dezelfde manier gehouden zullen worden. De zesde en laatste bijeenkomst betreft de Slotmanifestatie waarbij al de opgehaalde input wordt gepresenteerd. 

Bijlage I: De dialoog

Herbestemming van historische boerderijen

Het eerste filmfragment dat getoond wordt laat de presentatie van het plan van de architect aan Doy, Toon en Janne zien. In het plan staat het behoud van het historische karakter van de boerderij van Doy voorop. De boerderij betreft een gemeentelijk monument. 

Het volgende komt tijdens de discussie onder andere naar voren:

  • Architect John van Lierop: De boerderij van Doy is nog zeer authentiek. De meeste vrijkomende boerderijen zijn veertig jaar geleden al verbouwd tot woonhuis. Voor het behoud van cultuurhistorisch waardevolle boerderijen is het belangrijk dat gemeenten goed in wetgeving vastleggen wat beschermenswaardig is. Monumentenlijsten staan vol aangetaste panden terwijl de parels vogelvrij zijn en met slechts een sloopmelding kunnen verdwijnen. Splitsing is een redmiddel voor boerderijen, die vaak te groot en of te duur zijn om door één gezin bewoond te worden. De monumentenlijsten moeten bij veel gemeenten geüpdate worden. Enkele regels (bijv. bestemmingsplan) laten vieren. Bij veel mensen bestaat angst voor de monumentenstatus, maar eigenlijk is dit angst voor de bestemmingsplanregels. Waarom niet een boerderijen in drie splitsen? Voor starters ideaal, maar volgens regels te veel wooneenheden. Huisvesting jeugd of juist ouderen, zou gekoppeld moeten worden aan behoud van boerderijen. Maatwerk zou moeten, maar is niet de standaard.
  • Frans Adriaanse van Stichting Behoud Erfgoed Oirschot: deze gemeente heeft veel monumenten, maar veel panden op de lijst voldoen eigenlijk niet meer aan de criteria van een monument. Belangrijk zijn ook de erven rond de boerderijen, deze verdwijnen snel. Oudere boeren zouden goed aan de jeugd kunnen leren hoe zo’n erf gebruikt moet worden. Gemeente, en eigenaren, beseffen niet genoeg de waarde van de boerderijen. Bijzondere aandacht zou ook moeten gaan naar wederopbouwboerderijen, deze zijn slecht beschermd. Het is zelfs mogelijk om tot vijf woningen te maken in een boerderij. Is 20 jaar geleden al uitgevoerd. Maar die boerderij was geen monument.
  • Evert van Schoonhoven van Vereniging Kleine Kernen: Erfgoed is een kwaliteit. Bewoners zouden zelf kunnen inventariseren welke gebouwen een kwaliteit kunnen zijn in de leefbaarheid van een dorp. Wat is er nodig in de samenleving? Welke functie zou passend zijn in het betreffende gebouw?
  • Dhr. Van der Schoot, eigenaar van een monument: monumentenstatus is geen belemmering. De status van gemeentelijk monument was bekend en heeft in de praktijk geen beperkingen opgeleverd. De gemeente was meedenkend, bijvoorbeeld over de omvang van de mantelzorgwoning. Gemeente verandert de vraag van óf het kan naar hóe het kan. 
  • Mantelzorg: opgave wordt moeilijker bij rolstoelgebruikers. Rolstoeltoegankelijkheid moeilijk te combineren met monument, te veel aantasting. Architect: boerderijen hebben ook veel lege ruimte, die volledig opnieuw ingedeeld kan worden. Bij woonhuisgedeelte is het wellicht moeilijker. 
  • Monumenteigenaar dhr. Van der Schoot: wie betaald bepaald. Een monument is geen museum. Zonder economische drager is er geen toekomst voor welk monument dan ook. Afdeling monumenten en afdeling bouwen op gemeente liggen niet altijd op een lijn, qua regelgeving. 
  • Goede voorbeelden moeten gedeeld worden, om aan te tonen dat het kan.

Nieuwe woonvormen

Het filmfragment toont de dag waarop Toon en Janne bij Doy op het erf komen wonen. Een grote verhuiswagen wordt uitgeladen. Doy schoffelt intussen zijn moestuin. Doy heeft lang alleen op de boerderij gewoond, nu komen er twee jonge mensen bij. 

De discussie spitst zich toe op nieuwe woonvormen waarbij verschillende generaties bij elkaar komen en het langer zelfstandig thuis blijven. Het is goed om op tijd na te denken; kan ik wel zelfstandig blijven wonen? Is het niet beter om ander te gaan wonen? Want herbestemming is vaak een langdurig proces.

  • Mensen die al zo lang op één plek wonen willen vaak niet weg. En het gezegde is niet voor niets: een oude boom moet je niet verplanten. Een woonvorm waarbij een jonge generatie bij de oudere generatie komt wonen is dus een mooie oplossing.
  • Belangrijk is ook om op termijn te denken. In de toekomst kan de situatie van de persoon verslechten en meer hulp/verbouwingen nodig hebben. En wat gebeurt er als de bewoner van mantelzorgwoning overlijd? Wat dan met de mantelzorgwoning? En is het dan financieel nog haalbaar voor de andere bewoners om op de boerderij te blijven wonen. 
  • Toon en Janne hadden een vraag; Doy antwoordde positief. Meestal ontstaat de vraag van “wat doen we met de woning?” pas als het echt niet meer lukt. In dit geval is Doy nog goed te been en zou het eigenlijk niet nodig zijn. Doy had een voorbeeld aan een vriend van hem, die ook al in een mantelzorgwoning woont, waar Doy zeer over te spreken was. Toen werd door de familie aangegeven dat een dergelijke constructie voor hem ook mogelijk is. 
  • Peer Verkuijlen van VAB-impuls: Wat is er mogelijk aan doorontwikkeling van agrarische bebouwing? Naast splitsen is meer mogelijk. Vooral vanuit de eigenaar denken, waar is behoefte aan? Sociale zorg, financiële zorg? Meeste mensen die bij VAB komen weten niet wat ze willen, weten niet eens wat ze hebben. Sommige willen alleen wonen, andere willen nog wat ondernemen, of recreatie erbij, beroep aan huis. Bestemmingsplan wordt in eerste instantie aan de kant gelegd, en niet naar gekeken. Wel gaan ze met de gemeente praten over wat de mogelijke plannen zijn en wat zou kunnen. Alleen eigenaar van een boerderij kan VAB-impuls inschakelen.

__________________________________________________________________________________

Mantelzorg

In het fragment zien we Doy die zich aan het voorbereiden is op een ziekenhuisbezoek. Twee maanden nadat Toon en Janne bij Doy kwamen wonen werd Doy ziek, waardoor meteen duidelijk werd dat dit de goede stap was. Doy beseft nu dat hij wellicht niet meer volledig zelfredzaam is. 

  • Hoe ver gaat de mantelzorg die Toon en Janne bieden? Dit zal vooral een sociale functie zijn, een oogje in het zeil houden en kleine huishoudelijke dingen zoals brood smeren, thee zetten enz. Janne en Toon zijn de regelende factor. Voor echte zorg aan bed zijn instanties. Als Doy meer zorg nodig heeft dan Toon en Janne kunnen bieden zullen ze iemand extra inschakelen (bijv. Toon’s moeder). Er is dus een groter zorgnetwerk dan alleen Toon en Janne. Het is goed om hier vast over na te denken. In toekomst kunnen dan andere zorg instanties aansluiten in de zorgketen rond Doy. 
  • Oudere mensen antwoorden vaak dat het goed gaat, op de vraag hoe gaat het. Hier wordt dan niet op doorgevraagd, terwijl er vaak wel degelijk problemen zijn. Pas als hiernaar in de omgeving van de persoon wordt gevraagd, komt men erachter dat er wel nood is aan hulp/zorg.  Vaak komt de hulpvraag niet van de persoon zelf maar van de omgeving die het signaleert. Ga ook met de mantelzorgers alleen in gesprek, niet alleen maar met de betreffende persoon erbij. Mensen die zorg nodig hebben zijn moeilijk te bereiken. Zo ook bij bijv. schuldhulpverlening. Oproep naar mantelzorgers: zoek de zorg op. In Oirschot zijn verschillende voorbeelden van goed functionerende zorgboerderijen, o.a. in monumentale panden.
  • Vb. in Bladel: jong gezin woont in oude boerderij, erbij staat een mantelzorgwoning, daarnaast is één stal omgevormd tot dagbesteding, één stal omgevormd tot voedselbank en ook het erf wordt onderhouden door mensen als dagbesteding. 
  • Er bestaan ook mantelzorgmakelaars, vergoed via aanvullende verzekering, deze kunnen veel hulp bieden. Tip is om deze in te schakelen. Omdat zij niet emotioneel betrokken zijn kunnen zij een bredere (objectieve) blik hebben op de situatie. 
  • Regels hoeven dankzij de nieuwe omgevings- en participatiewet geen belemmering meer te zijn voor mantelzorgwoning. Je krijgt een extra huisnummer gekoppeld aan mantelzorg, zodra mantelzorg wegvalt, verdwijnt ook het huisnummer. 

__________________________________________________________________________________

Verbinden generaties  

In het filmfragment zien we dat Doy, Toon en Janne de schuur aan het opruimen zijn. De schuur moet leeggemaakt worden zodat er verbouwd kan gaan worden. 

In de discussie komt het volgende aan bod: 

  • Andere ervaringen met mantelzorg: men zocht naar een nieuwe woning omdat bestaande woning niet meer geschikt was. Idee ontstaan om op bij zoon in een (omgebouwde) schuur op het erf te gaan wonen. Dit was in tijd van ziekte, is nu voorbij, maar fijn idee dat het voor de toekomst geregeld is. Bestaande woning is nu voor kleinzoon, er is een soort ruil gedaan. 

De eisen voor mantelzorg zijn: ziekte of 65+, er hoeft geen familieband te zijn, maar wel sociale band. Zorgbehoevende mag ook in de hoofdwoning wonen, dus eigenlijk omgedraaid. Regels zijn behoorlijk ruim. 

  • Nederland zorgt voor elkaar: instantie op gebied van samenredzaamheid. Maak je sociale netwerk groter, binnen je dorp. 
  • Janne: merkt dat bij jongeren best de wens is om een dergelijke woonvorm aan te gaan. Maar dat deze jongeren niet weten met wie ze dan zo’n band kunnen aangaan. Er zou een systeem moeten komen om zorgers en zorgbehoevenden met elkaar in contact te kunnen laten komen. Binnenhalen van vrijwilligers is geen probleem, maar ze vasthouden wel. Ervaring is wel dat mantelzorgband meestal ontstaat binnen de eigen kring. Ook nieuwe omgevingswet kan kansen bieden. 
  • Er wordt gewezen op een voorbeeld in Tilburg: “Samen verder”. In 1983 opgericht. Groep mensen woont samen, met gezamenlijke tuin, eetkamer en logeerkamer. 

_________________________________________________________________________________

Leefbaarheid platteland

Het laatste filmfragment toont een bezoek van de overbuurman die wekelijks door Doy wordt opgehaald om een kopje koffie te komen drinken. De overbuurman is al op leeftijd en zit in een rolstoel. Op zijn beurt is Doy dus zelf ook mantelzorger.

In het fragment komt naar voren dat veel Oirschotters zijn vertrokken uit de buurt. Dit is een bekend fenomeen dat de jeugd wegtrekt van het platteland naar de stad. Dit heeft gevolgen voor de leefbaarheid van het platteland. 

Reacties:

  • In de zaal wordt aangegeven dat de jeugd voor de studie vaak naar de stad trekt, maar na een aantal jaren vaak ook weer terugkomt naar de omgeving waar ze zijn opgegroeid. 
  • Ook de komst van nieuwe bewoners kan goed zijn van het dorp. Maar er moet ook activiteit blijven in het dorp, zoals winkels en scholen. 
  • Wordt de dorpen in Brabant net als op het Franse platteland? Dorpen lopen leeg, en faciliteiten gecentreerd in grotere plaatsen. Woonvormen in de stad zijn voordeliger, want wonen. In een dorp zijn het toch al vaak grotere woningen die beschikbaar zijn. Het is dus belangrijk dat er betaalbare woningen voor de jeugd beschikbaar zijn. 
  • Belangrijk is de identiteit van een dorp. In de omgevingsvisie kan zo’n identiteit in de vorm van bijvoorbeeld erfgoed goed worden vastgelegd. Een monumentale omgeving is een trekker voor mensen om zich te vestigen. 
2019-01-25T16:03:42+01:00 8 december 2018|Bijeenkomsten, Impact campagne|